Oogheelkunde
Bayer Ophthalmology Research Award (BORA)
De BORA ondersteunt innovatief onderzoek op het gebied van oogheelkunde.
Bayer Ophthalmology Research Award
De Bayer Ophthalmology Research Award (BORA) is een initiatief van Bayer B.V. dat onderzoek ondersteunt op het gebied van oogheelkunde, gericht op het bevorderen van het wetenschappelijk inzicht en de klinische behandeling van oogaandoeningen.
Het Award-programma biedt aan onderzoekers en zorgprofessionals de mogelijkheid om hun onderzoek te laten subsidiëren met als uiteindelijke doel de behandeling voor oogpatiënten in Nederland te verbeteren.
In 2024 zal voor de 12de keer de Award van maximaal 17.500 euro worden uitgereikt aan een onderzoeksproject.
Toekenning van de Ophthalmology Award zal worden bepaald door een volledig onafhankelijke commissie van vooraanstaande oogheelkundige specialisten en onderzoekers; de Grants Review and Awards Committee (GRAC).
De sluitingsdatum voor de 12de ronde van de Bayer Ophthalmology Research Award is 1 december 2023 om 23.59 uur.
Voor meer informatie en vragen kunt u een mail sturen naar ophtha@bayer.com.
Wat is de Bayer Ophthalmology Research Award?
In 2012 heeft Bayer B.V. het Bayer Ophthalmology Research Award Programma gelanceerd om het wetenschappelijk inzicht en de klinische behandeling van oogheelkundige aandoeningen te bevorderen.
De Award is bedoeld voor onderzoekers en zorgprofessionals die zich bezighouden met onderzoek in de oogheelkunde bij een medisch opleidingscentrum, universiteit of ziekenhuis, behandelcentrum of laboratorium. Dit kan zowel basaal als klinisch-gerelateerd onderzoek zijn.
De aanvragen voor de BORA zullen door de onafhankelijke Grants Review and Awards Committee (GRAC) zorgvuldig worden beoordeeld conform de volgende criteria: innovatie en creativiteit, impact, wetenschappelijke kwaliteit en haalbaarheid van het onderzoek.
Deze commissie bestaat onder meer uit de volgende deskundigen:
- prof. dr. R.W.J. Collin (Radboudumc)
- dr. L.I. van den Born (Het Oogziekenhuis Rotterdam)
- dr. M.M. Dickman (Maastricht UMC+)
- dr. R.M.H. Diederen (Amsterdam UMC)
- dr. E.H.C. van Dijk (LUMC)
- dr. E. Kiliç (Erasmus MC)
- dr. J. Ossewaarde-van Norel (UMC Utrecht)
Tevens is dr. I.B.A.E. Meeuwsen als TA Head Ophthalmology & Rare Diseases van Bayer B.V. lid van de GRAC, uitsluitend als moderator, zonder stemrecht.
Alle besluiten van de GRAC zijn bindend en staan niet open voor bezwaar of beroep.
Tijdens de Award Ceremonie, welke plaatsvindt in maart 2024, wordt het winnende onderzoeksproject bekend gemaakt. De Award bestaat uit een geldbedrag van maximaal 17.500 euro.
Indiening projectaanvraag
Vanaf 1 september t/m 1 december 2023 kunt u uw aanvraag indienen.
Verdere details betreffende de tijdslijnen vindt u hier.
Stap 1
Download het AANVRAAGFORMULIER (inclusief Terms & Conditions) voor de BORA.
Stap 2
Stuur het volledig ingevulde aanvraagformulier (in de Engelse taal) in via de submit button op het formulier. Uiterste indieningsdatum is 1 december 2023 om 23.59 uur.
De aanvragen zullen door de leden van de GRAC worden beoordeeld. Het kan zijn dat de commissie om aanvullende informatie vraagt.
Tips
- Begin op tijd met het uitschrijven van het onderzoek op het formulier
- Lees de Terms & Conditions aandachtig door
- Laat de aanvraag door iemand lezen met ervaring in het opstellen van aanvragen
- Laat de aanvraag door iemand lezen die buiten het specifieke onderzoeksveld werkt
- Begin op tijd met het verzamelen van de handtekeningen
- De commissielid uit eigen instituut kan als adviseur worden benaderd, want hij/zij beoordeelt geen aanvragen uit eigen instituut
- Zijn er vragen over het aanvraagformulier, stel deze via ophtha@bayer.com
Belangrijke tijdslijnen
In onderstaande tabel staan de belangrijkste data voor de 12de ronde van de BORA:
Indiening projecten vanaf
|
1 september 2023 |
Uiterste inzenddatum
|
1 december 2023 |
Bericht aan genomineerden
|
februari 2024 |
Award Ceremonie
|
maart 2024 |
Beschikbaarheid subsidie |
mei 2024 |
Genomineerden worden geacht aanwezig te zijn bij de Award Ceremonie.
Winnend project 2023
The relation between morphological variation and glaucoma risk in eyes of African and European descent through accurately annotated OCT scans, by Sjoerd Driessen, MD (Erasmus MC)
Primair open kamerhoek glaucoom (POAG) is de meest voorkomende vorm van glaucoom en wereldwijd de grootste oorzaak van onomkeerbare blindheid. Mensen van Afrikaanse afkomst hebben een veel hoger risico op POAG dan mensen van Europese komaf: de ziekte komt in deze populatie vaker voor, begint op een jongere leeftijd en leidt vaker tot blindheid. Een deel van dit verschil in risico tussen verschillende populaties kan mogelijk verklaard worden door anatomische variatie van het oog. Onderzoek heeft aangetoond dat mensen van Afrikaanse afkomst bijvoorbeeld een dunnere hoornvlies, grotere oogzenuw en een dikkere zenuwvezel laag hebben.
Ons onderzoek richt zich op het analyseren van afbeeldingen van de achterkant van het oog, gemaakt met een OCT-scanner, met behulp van een door ons ontwikkeld AI-algoritme. Vervolgens vergelijken we deze beelden tussen een West-Afrikaanse en Europese populatie, om zo nieuwe inzichten te verkrijgen over de vatbaarheid voor POAG.
Winnend project 2022
Densiteit van de vaten op een OCT-angiografie van de retina, een goede biomarker voor mate van compressie?, door Mays Al-Nofal, MD (LUMC)
Hypofyse-adenomen zijn goedaardige hersentumoren die relatief vaak voorkomen maar zelden op de kruising van de oogzenuwen in de hersenen kunnen drukken wanneer zij te groot zijn. Deze druk kan voor uitval in het gezichtsveld zorgen. Afhankelijk van hoe snel (operatief) ingegrepen wordt, kan deze uitval deels herstellen. Een OCT-angiografie is een niet invasieve methode waarbij de vaten in het netvlies in beeld kunnen worden gebracht. Wij doen onderzoek naar of de hoeveelheid bloedvaten rondom de oogzenuw in het oog van voorspellende waarde kan zijn voor de kans op herstel van het gezichtsveld. Deze nieuwe “biomarker” zou ons dan kunnen helpen bij het bespreken van de visuele prognose met patiënten die een operatie aan een drukkend hypofyse-adenoom moeten ondergaan.
Winnende projecten 2021
Award 1: Understanding the corneal endothelium, one cell at a time, by Pere Català Quilis, MSc (Maastricht UMC+, MERLN Institute)
Kinderuveïtis is een invaliderende inwendige oogontsteking, welke kan leiden tot permanent visusverlies. Het ziektebeeld heeft een grote impact op de kwaliteit van leven van deze kinderen. De behandeling bestaat o.a. uit langdurig gebruik van medicatie die het afweersysteem beïnvloedt. Deze behandeling is echter niet bij iedereen effectief en kan ook gepaard gaan met lichamelijke en/of psychische bijwerkingen. Daarom is het belangrijk om nieuwe behandelopties te ontwikkelen. Vitamine D heeft in de laatste jaren steeds meer aandacht gekregen vanwege zijn rol bij het goed laten functioneren van het immuunsysteem.
In dit onderzoek willen wij vitamine D waarden in het bloed bij kinderen met uveïtis vergelijken met gezonde kinderen. Ook willen we gaan kijken naar ontstekingswaarden in het bloed en het mogelijk effect van de vitamine D status hierop. De opgedane kennis willen bij gebruiken voor het optimaliseren van de behandeling en mogelijk ook de preventie van uveïtis. Wij hopen op die manier de kwaliteit van leven van kinderen met uveïtis te kunnen verbeteren.
Award 2: Prognostic non-invasive serum metabolomic patterns and pathway discovery in uveal melanoma, by Daniël de Bruyn, MSc (Erasmus MC)
Het oogmelanoom is een zeldzame en vaak dodelijke vorm van kanker in het oog. In de tumoren zijn 3 verschillende gen-mutaties gevonden, waarvan de prognose erg uiteen loopt. Om achter deze specifieke gen-mutaties te komen, is weefsel van de tumor nodig uit een biopt of na verwijdering van het oog. De huidige trend is om oog-sparend te behandelen door middel van radiotherapie, waardoor geen weefsel beschikbaar is voor gen-analyse.
De genoemde mutaties veroorzaken specifieke reacties in de tumorcel en de rest van het lichaam, waarna de producten hiervan, de metabolieten, in de bloedbaan te meten zijn. Door te kijken naar deze metabolieten van oogmelanoom patiënten proberen we te herkennen welke patronen horen bij elk van de drie bekende gen-mutaties zonder hiervoor weefsel te gebruiken, waardoor ook bestraalde patiënten in aanmerking kunnen komen voor (toekomstige) experimentele therapieën. Door hiernaast naar de verschillen in metaboliet-patronen tijdens behandeling te kijken, kunnen we proberen te voorspellen of de behandeling effectief is geweest.
Winnende projecten 2020
Award 1: From gut to glaucoma: translating the microbiome to the eye, by Joëlle Vergroesen, MSc (Erasmus MC)
Wereldwijd is glaucoom de belangrijkste veroorzaker voor irreversibele blindheid. Helaas zijn de mechanismes rondom het ontstaan nog grotendeels onbekend. Aangezien een verhoogde oogdruk de enige bekende beïnvloedbare risicofactor is, zijn alle behandelingen erop gericht deze oogdruk te verlagen.
Desondanks blijft glaucoom een chronische progressieve aandoening. In recent onderzoek zijn sterke aanwijzingen gevonden dat, naast een verhoogde oogdruk, andere mechanismen (zoals inflammatie) betrokken zijn bij de pathofysiologie van glaucoom. De afweer van de mens wordt sterk beïnvloed door het microbioom, micro-organismen in de darm. Deze produceert onder andere reactieve zuurstof radicalen en cytokinen, welk in staat zijn om via de bloedbaan naar het oog te migreren en daar schade aan weefsel te veroorzaken. Met behulp van de BORA willen wij associaties vinden tussen veranderingen in het microbioom en het ontstaan van glaucoom. Omdat het microbioom (deels) te veranderen is met behulp van voeding, zouden lifestyle veranderingen en/of voedingssupplementen een rol kunnen spelen in toekomstige behandeling van glaucoom.
Award 2: Transdifferentiation of CRISPR-Cas9 Von Hippel-Lindau Patient Fibroblasts into Endothelial Cells for Modeling the Pathophysiology of Retinal Hemangioblastomas, by Anass Hajjaj, MD (Erasmus MC)
Bij patiënten met de ziekte van Von Hippel-Lindau (VHL) kunnen er tumoren ontstaan in meerdere organen, waaronder goedaardige vaattumoren in het netvlies. Deze zogenaamde retinale hemangioblastomen kunnen het netvlies zodanig beschadigen dat blindheid in beide ogen kan ontstaan. Het is momenteel onduidelijk wat voor beloop van de oogziekte VHL-patiënten zullen hebben. Hierdoor kan niet worden voorkomen dat een deel van de VHL-patiënten blind wordt. In dit onderzoek worden cellen van VHL-patiënten omgevormd tot hemangioblastoomcellen. Vervolgens willen we deze cellen met CRISPR-Cas9 technologie aanpassen door een tweede genetische verandering in het VHL-gen in te brengen. We verwachten op deze manier de mechanismen in kaart te brengen die bijdragen aan de ontwikkeling van retinale hemangioblastomen. Uiteindelijk kunnen deze aangepaste cellen dienen als basis voor het ontwikkelen van kunstmatige vaattumoren, zogenaamde tumor organoïden. Op deze manier hopen we biomarkers te vinden die het beloop kunnen voorspellen. Daarnaast zouden de gevonden verstoorde mechanismen kunnen dienen als aangrijpingspunt voor behandeling van retinale hemangioblastomen.
Award 3: The role of cataract features and pupil size in intraocular straylight and the effects on vision-related quality of life, by Bram de Jong, MD (Amsterdam UMC)
Staaroperaties zijn een van de meest uitgevoerde operaties ter wereld. De indicatie om te opereren wordt vaak gesteld door de aanwezigheid van subjectieve klachten in combinatie met een suboptimale visus en aanwezigheid van lenstroebelingen. Hierbij ontstaat een probleem bij de groep patiënten die klachten hebben met een normale visusmeting. Als dit klachten zijn van felle lampen zoals bij ’s nachts autorijden dan kan er sprake zijn van verhoogd strooilicht. We weten hiervan dat een staaroperatie vaak de klachten kan verminderen.
Het is echter nog niet bekend welke lenstroebelingen bijdragen aan strooilicht en de rol van pupilgrootte hierbij. In onze studie willen wij door middel van intra-oculaire strooilichtmetingen voor en na pupilverwijding en beeldvorming van de lens onderzoeken welke lenstroebelingen invloed hebben op kwaliteit van zien. Bevindingen van deze studie kunnen beslissingen over staaroperaties tussen arts en patiënt ondersteunen.
Winnende projecten 2019
Award 1: The molecular fingerprint of children with uveïtis as predictor for treatment response, by Roos-Anne Wennink, MD (UMC Utrecht)
Meer dan 5000 kinderen in Nederland lijden aan uveïtis (inwendige oogontsteking). Eén op de drie kinderen met uveïtis heeft te maken met permanent visusverlies. De behandeling bestaat vaak uit medicijnen die nare bijwerkingen hebben. Het is momenteel onduidelijk welke behandeling het beste past bij welk kind. Hierdoor ondergaan kinderen vaak een langdurig behandeltraject en worden onnodig behandeld met medicijnen waarvan ze wel de ernstige bijwerkingen kunnen ondervinden. In dit onderzoek bepalen we ~500 eiwitten, stofwisselingsfactoren en DNA veranderingen bij 300 kinderen met verschillende vormen van uveïtis. De biologische ‘vingerafdruk’ van patiënten wordt uit deze complexe data door computer netwerk analyse samengesteld en wordt vergeleken met klinische gegevens over de uitkomst van de ondergaande behandelingen. Hiermee hopen we unieke biomarkers te vinden die de therapieresponse voorspellen en kunnen we in de toekomst kinderen sneller en gerichter behandelen.
Award 2: Whole genome sequencing in patients with early-onset age-related macular degeneration, by Anita de Breuk, MD (Radboudumc)
Leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD) is een veelvoorkomende netvliesaandoeningen die leidt tot slechtziendheid bij ouderen. Echter, er is ook een groep patiënten die zich al rond het 40e-50e levensjaar presenteert met een netvlies vol drusen. Deze groep patiënten krijgt al op relatief jonge leeftijd problemen met dagelijkse bezigheden, zoals autorijden en lezen. Het is vaak onduidelijk waarom deze mensen al zo jong aangedaan zijn. Door middel van ‘whole genome sequencing’ willen we meer inzicht krijgen in het genetische profiel van deze patiënten. We verwachten dat zeldzame genetische varianten een belangrijke rol kunnen spelen in deze groep patiënten met extreme fenotypes. Inzicht in de genetische risicofactoren zal bijdragen aan het begrip van de pathofysiologie en is tevens van belang in de counseling van patiënten en de selectie van patiënten voor toekomstige behandelingen voor LMD.
Winnende projecten 2018
Award: Mass spectrometry imaging for tissue differentiation of orbital masses, by Dr. Kamil Laban
(UMC Utrecht)
Non-Hodgkin oogkas-lymfoom (NHOL) is de meest voorkomende primaire oogkas-kanker in volwassenen. De ziekte kan uitzaaien en is dodelijk als het niet op tijd behandeld wordt met bestraling of chemotherapie. Vroege en accurate diagnostiek is daarom essentieel voor de juiste behandelstrategie. Het is vaak lastig deze ziekte te onderscheiden van andere oogkas-aandoeningen, in de meeste gevallen de niet-specifieke oogkas-inflammatie (NSOI). De huidige gouden standaard, histopathologie van een biopt, is niet altijd mogelijk door de diepe lokalisatie van de ziekte in de oogkas en niet altijd eenduidig als een biopt wel mogelijk is. In dit onderzoek kunnen we door middel van een geavanceerde techniek (massa-spectrometrie-imaging) zeer gedetailleerd moleculaire profielen van het ziekteweefsel en het omliggende weefsel maken. Daarmee kunnen we sneller en nauwkeuriger een onderscheidt maken tussen NHOL en NSOI, zodat de juiste behandeling eerder kan worden gestart.
Scientist Award: Unraveling the role of steroid hormones in the etiology of chronic central serous chorioretinopathy, by Dr. Roos Schellevis (Radboudumc)
Centrale sereuze chorioretinopathie (serosa) wordt gekenmerkt door een vochtophoping tussen de lagen van de retina. Dit zorgt voor een vervorming van het gezichtsveld, een klacht die veel invloed heeft op de dagelijkse activiteiten van deze patiëntengroep, die met hun leeftijd van 45-55 jaar nog midden in het leven staat. Hoe serosa ontstaat is nog onbekend, maar in de literatuur zijn verschillende associaties beschreven met o.a. steroïdegebruik, stress, en het mannelijke geslacht. Al deze klinische associaties duiden op een belangrijke rol voor de hormoonhuishouding in het ontstaan van serosa. Daarom willen we een test uitvoeren om tegelijkertijd 17 verschillende steroïdehormonen te meten in het bloed van serosa patiënten en een gezonde controlegroep. Het vergelijken van deze twee groepen stelt ons in staat de hormonen te identificeren die iets te maken hebben met het ontstaan van serosa. Een beter begrip van het ziektemechanisme zal ons aanknopingspunten geven voor verder experimenteel onderzoek en ons helpen om de behandeling van de serosa patiënt te verbeteren.
Winnende projecten 2017
Award 1: Classifying uveal melanoma patients based on exosomal tumor DNA, by Natasha van Poppelen, MD (Erasmus MC)
Uvea melanoom (oogmelanoom) is de meest voorkomende primaire oogtumor in volwassenen. In 50% van de oogmelanoom-patiënten metastaseert de primaire tumor binnen 5 jaar. Metastaserende tumoren karakteriseren zich door mutaties in het BAP1 of SF3B1-gen. Aangezien één van de behandelopties voor de tumor radiotherapie is, is mutatiebepaling van de primaire tumor niet mogelijk in alle patiënten. Door tumor-specifiek DNA te isoleren uit exosomen in het bloed van patiënten is geen tumorweefsel nodig om het risicoprofiel van de tumor te kunnen bepalen. De uitkomsten van deze studie zijn van belang voor het onderzoek naar niet-invasieve methoden om patiënten met een hoog-risico op uitzaaiingen te identificeren, screenen en in de toekomst eventueel preventief te behandelen.
Award 2: Complement system(s) biology: Proteomic analysis of the entire complement system in AMD, by Dr. Eveline Kersten (Radboudumc)
Leeftijdsgebonden maculadegeneratie (LMD) is een veelvoorkomende progressieve oogaandoening bij ouderen waarvoor nog geen curatieve behandeling mogelijk is. Vanuit genetische en functionele studies weten we dat disregulatie van het complement systeem een belangrijke rol speelt in deze multifactoriële oogaandoening. Echter welke componenten van dit complexe systeem hiervoor verantwoordelijk zijn is nog altijd niet geheel duidelijk. In het Radboudumc is een unieke test ontwikkeld die 44 componenten van het complement systeem kan meten in één bloedmonster. Met ondersteuning van BORA kunnen we in dit project bloedmonsters van LMD-patiënten met deze test analyseren om meer inzicht te krijgen in de rol van verschillende componenten van het gehele complementsysteem bij LMD. De bevindingen van dit project dragen bij aan ons begrip over de pathofysiologie en progressie van LMD, de identificatie van potentiële aangrijpingspunten voor geneesmiddelen en patiënt stratificatie.
Winnende projecten 2016
Clinical characteristics of retinal dystrophies associated with mutations in the CRB1-gene: towards gene therapy
Whole-exome sequencing of matched primary uveal melanoma and metastasis: unraveling the genetics
Neovasculaire leeftijdsgebonden maculadegeneratie: meer dan één ziektebeeld
Winnend project 2015
Targeting ERAP for precision medicine in HLA-class I associated uveïtis
Winnend project 2014
Toward a better understanding of molecular pathology of primary open-angle glaucoma